Die Tafel an der Kirche gibt Infos über die Geschichte Maldingens, der Pfarrkirche und des Bildstocks.

Der Text auf den Tafeln ist in den 3 Landessprachen verfasst.

Maldingen

Maldingen, im ehemaligen Hofe Thommen gelegen, dürfte in der Zeit der Völkerwanderung entstanden sein.

Wenn wir die vorrömischen Hügelgräber in der näheren Umgebung (Hochtumsknopf) allerdings in Betracht ziehen, kann schon von einer Besiedlung zu keltischer Zeit ausgegangen werden.

Der Name Maldingen ist als „Versammlungsstätte des Gerichts” zu deuten und wird im Dialekt zu „Molje”.

Die erste urkundliche Erwähnung Maldingens mit 7 Feuerstellen findet sich jedoch erst im späten Mittelalter (1495).

In den Jahren 1552/53 besaß Maldingen 20,5 steuerpflichtige Haushalte.

Jährlich fand hier am St. Matthiastag (24. Februar) ein großer Frucht-, Kram- und Viehmarkt statt. Der Markt behielt seine Bedeutung bis in die Mitte des 19. Jahrhunderts.

Maldingen

Maldingen apparaît dans l’histoire à l’époque des grandes invasions. Le village appartenait à l’ancienne «Cour de Thommen». Les tumuli dans les environs du village (Hochtumsknopf) témoignent d’une occupation celte.

Le nom «Maldingen» signifierait «endroit du jugement». En platois, il se dit «Molje».

A la fin du Moyen Âge (1495) Maldingen comptait sept feux.

En 1552/53, 20,5 ménages payaient leurs impôts.

Chaque année, le 24 février, jour de la St. Mathieu, avait lieu un marché public, avec camelots et bétail, et ce jusqu’au milieu du 19ième siècle.

Maldingen

Maldingen verscheen in de geschiedenis ten tijde van de menselijke migratie. 

Het dorp behoorde toen aan de voormalige ”Hof van Thommen”.

De grafheuvels in de omgeving van het dorp (Hochtumsknopf) getuigen van de 

Keltische bezetting. 

De naam ”Maldingen” zou ”plaats van het oordeel” betekenen. In het dialect zegt men ”Molje”.

Aan het einde van de Middeleeuwen (1495) vonden in Maldingen zeven branden plaats.

In 1552/53 betaalden 20,5 huishoudens hun belastingen.

Elk jaar op de 24 februari, de dag van apostel Matthäus, werd er tot het midden van de 19e eeuw een openbare markt met handelaars en vee georganiseerd.

Die Kirche

Wegen des schlechten Zustandes der Kapelle im unteren Teil des Dorfes beschloss die Dorfgemeinschaft 1915 eine neue, größere Kirche hier zu errichten.

Nachdem alle Formalitäten der Schenkung und der Planung erledigt waren, fand die Grundsteinlegung aber erst am 13. April 1925, und die Einweihung am 31. August 1926 statt.

Sehenswert sind der Hauptaltar aus schwarzem Marmor, das Netzgewölbe und die große Glasrosette an der Turmseite. Die Kanzel (18. Jh.) stammt aus der Kirche von Weiswampach.

Am 27. Dezember 1944 wurde das Gotteshaus bei einem Luftangriff schwer beschädigt und nach dem Krieg wieder aufgebaut.

1959 wurde die neue Glocke getauft. Sie ist verziert mit den Bildern der beiden Schutzheiligen, dem Hl. Johannes dem Täufer und der Hl. Luzia. 1988 wurden zwei neue Glocken gesegnet und so ertönt seitdem ein harmonischer Dreiklang.

Neben der Kirche befindet sich ein Bildstock aus Rotsandstein. Das Relief zeigt das Bildnis Johannes des Täufers und die Inschrift IONNES SCHWERDZ AO 1693. Auf der verwitterten Rückseite befand sich eine Darstellung der Kreuzigung.

L’église

La chapelle située au centre du village était devenue vétuste et exiguë. En 1915 

la communauté villageoise décida la construction d’une église plus grande. 

Après de nombreux pourparlers c’est seulement le 13 avril 1925 ou la première pierre fut posée. Le 31 août 1926, la communauté paroissiale inaugura solennellement l’édifice.

L’autel principal en marbre noir, le plafond alvéolé et le vitrail en rosace sont 

remarquables. La chaire de vérité du 18ieme siècle provient de l’église de Weiswampach.

L’offensive de 1944 dégrada fortement l’église qui fut restauré après la guerre.

La nouvelle cloche fut baptisé en 1959; elle est décorée de l’effigie des deux patrons St. Jean Baptiste et Ste.Lucie. Deux autres cloches furent ajoutées en 1988.

A côté de l’église se dresse une stelle de 3,60 m de hauteur. St. Jean Baptiste y est représenté avec cette inscription: IOANNES SCHWERDZ AO 1693. Au dos figurait une scène de la crucifixion.

De kerk

Vanwege de slechte staat van de kapel in het onderste deel van het dorp besloot de dorpsgemeenschap in 1915 om hier een nieuwe, grotere kerk te bouwen. 

Nadat alle fomaliteiten van den schenking en de planning waren vervuld, werd de eerste steen pas op 13 april 1925 gelegd. De inwijding vond plaats op 31 augustus 1926.

Bezienswaardig zijn het hoofdaltaar van zwart marmer, het netgewelf en het grote glazen rozet aan de torenzijde.

De preekstoel (18e eeuw) is afkomstig van de kerk van Weiswampach.

Op 27 december 1944 werd de kerk bij een luchtaanval zwaar beschadigd en na de oorlog herbouwd.

In 1959 werd de nieuwe klok gedoopt. Ze is versierd met afbeeldingen van de twee beschermheiligen, Johannes de Doper en Lucia. 1988 werden twee nieuwe klokken gezegend en sindsdien klinkt er een harmonieuze drieklank.

Naast de kerk is er een zuil van rode zandsteen. Het reliëf toont het portret van Johannes de Doper en de inscriptie IONNES SCHWERDZ AO 1693.

Op de verweerde achterkant was een afbeelding van de kruisiging te zien.